Klimaat Verandering
Door Dr Patrick Quanten MD
Om het voor iedereen mogelijk te maken om natuurlijke fenomenen echt te begrijpen is het essentieel dat we de Aarde bekijken als een levend organisme, een wezen dat intelligentie bezit. Het woord "organisme" stamt eigenlijk van het concept van Aristoteles van "Organon", hetgeen een instrument van de rede betekent. Dit werpt een nieuw licht op alles wat we als organisch zien, omdat dan alle fysieke vormen gezien worden als de schepping van de psyche of een regelend principe.
Toen de aarde pas gevormd werd, waarschijnlijk uit een gesmolten massa van gecondenseerde gassen, wordt er aangenomen dat ze volledig overspoeld was met water alvorens het droge land tot stand kwam. Met uitzondering van vulkanische uitbarstingen, waren de belangrijkste dampachtige uitwasemingen de waterdampen die aanwezig waren in de atmosfeer. Tengevolge van het opwarmende effect van de wisselwerking tussen de zonnestralen en de atmosfeer, verdampte het water op het oppervlak van de aarde geleidelijk aan en werd verspreid in de atmosfeer waardoor uiteindelijk de atmosferische enveloppe beladen werd met waterdamp, hoewel dit hoofdzakelijk gebeurde in de troposfeer, die zich tot een hoogte van ongeveer 6 km uitstrekt bij de polen en 18 km bij de evenaar.
Water bevat de grootste specifieke hitte van alle vloeistoffen en heeft ook de grootste thermale geleiding van alle vloeistoffen. Zijn grote specifieke hitte betekent dat, voor een bepaalde graad van energie-invoer, de temperatuur van een bepaalde massa water langzamer zal stijgen dan de temperatuur van eender welk ander materiaal. Daarentegen, als er energie vrij gelaten wordt dan zal de temperatuur langzamer dalen.
Het is te danken aan zijn hoge specifieke hitte en zijn capaciteit om warmte vast te houden dat de waterdamp geleidelijk de warmte van de zon absorbeert, en door dit te doen het algemene niveau van temperatuur kon doen stijgen. Omdat het hitte absorbeert in het infrarode deel van het spectrum en niet beïnvloed wordt door ultraviolet licht, wordt tijdens de nacht, als er geen warmte-invoer is, het warmteverlies tot een minimum beperkt. Als water deze capaciteit niet had, als deze waterbuffer niet bestond, dan zou de aarde koud gebleven zijn, levenloos en onvruchtbaar. Water, in zijn oorspronkelijke dampachtige vorm, is daarom verantwoordelijk voor het ontstaan van alle leven.
Maar als waterdamp extreme hoogtes bereikt dan wordt het zo verdund dat zijn bestanddelen verdeeld worden, in atomen van zuurstof en waterstof, door de werking van sterke ultraviolette straling. Omwille van het feit dat dit het zwaarste element is, zinkt zuurstof dan terug tot op de aarde, terwijl de lichtere waterstofatomen opstijgen om zich te vervoegen met hun gelijken in de ruimte. Nu dat het gescheiden is van waterstof, wordt zuurstof bloot gesteld aan hoge niveaus van ioniserende straling, waardoor de nu enkelvoudige zuurstofatomen verplicht worden zich te binden met de moleculaire zuurstof (O2) tot een allotropische vorm van zuurstof, O3 of ozon, wat verantwoordelijk is voor de absorptie van de anders gevaarlijke niveaus van ultraviolette straling, een proces dat vitaal is voor al het leven op aarde. Het resultaat is een netto verlies van water.
Wat water verschillend maakt van alle andere vloeistoffen is het zogenoemde afwijkingspunt. Het volume van het water vermindert niet als de koude toeneemt, terwijl dit wel het geval is voor alle andere materie. Zijn gedrag is "afwijkend". Het punt van ommekeer wordt bereikt als het water zijn grootste dichtheid en energiegehalte bereikt bij een temperatuur van +4°C, terwijl het pas begint uit te kristalliseren bij nul graden, een proces dat goed ondersteund wordt als zogenoemde onzuiverheden aanwezig zijn in de kern waarrond het ijs zich dan vormt. Het volume van ijs is duidelijk groter dan het volume van vloeibaar water.
Een andere belangrijke factor is de diëlektrische waarde van water. De diëlektrische waarde van zuiver water, de mate waarin het tegengestelde ladingen scheidt, is bijna de hoogste diëlektrische waarde die er bestaat. Het bezit dus een enorme aangeboren weerstand voor het overdragen van lading.
De Aarde als een Accumulator van Energie
Het belangrijkste deel van de atmosfeer voor ons en hetgeen ons het meest beïnvloedt is de troposfeer. Vreemd genoeg, zien we ook dat de temperatuur niet voortdurend daalt of stijgt, maar fluctueert terwijl we omhoog gaan door de verschillende atmosferische lagen. Bijvoorbeeld, op een hoogte van 29 km is de temperatuur -60°C, terwijl op een hoogte van 80km het +10°C is. Ergens tussen deze twee temperaturen bevindt zich dus een laag waar de temperatuur +4°C is. Er zijn minstens vier lagen waar de temperatuur gelijk is aan +4°C; op een hoogte van ongeveer 3.5 km, 77 km, 85 km en 175km. Het is in deze gebieden dat de dichtheid van het water het grootst is.
Aangezien er waterdamp in de atmosfeer is nabij deze verschillende hoogtes, onder de vorm van wolken, krijgen we een situatie waar er een dunne laag zuiver water kan bestaan op elk van deze niveaus, die een hoge weerstand heeft voor het transfereren van een elektrische lading. In het licht van de aanwezigheid van deze verschillende +4°C lagen en de hoge diëlektrische waarde van water, kan er gesteld worden dat het gecombineerde effect hiervan kan werken door het creëren van een natuurlijke bio-condensator. Een condensator is een apparaat waardoor een elektrische lading kan verzameld en opgeslagen worden.
We kunnen zien dat van buiten naar binnen, zoals een ajuin, elke opeenvolgende laag een kleiner oppervlak heeft tengevolge van de concentriciteit van deze lagen. Met andere woorden, deze lagen vormen een condensator met concentrische bolvormige plaatjes. Daaruit kan dan afgeleid worden dat, bij het ontmoeten van elke opeenvolgende, concentrische, bolvormige +4°C diëlektrische laag, de potentiële energie die van de zon komt geleidelijk aan versterkt wordt. Als de energie van de zon van buiten naar binnen dringt, wordt deze meer en meer geconcentreerd als ze de oppervlakte van de aarde nadert, tengevolge van deze enveloppelagen met +4°C water.
Deze opstapeling van energie ondersteunt op een natuurlijke wijze het ontstaan van leven omdat er zonder deze energie, zonder verschillen in elektrische lading, zonder een potentieel of een geschikt energieveld, geen enkele vorm van leven mogelijk is.
Het Verhogen van het Waterverlies
Tengevolge van de geleidelijke opstapeling van waterdamp, wordt de atmosfeer voldoende verzadigd om de verzameling van individuele watermoleculen tot macromoleculen, of regendruppels, toe te laten. Tijdens het vallen genereren deze druppels een lading, en dan verschijnt plotseling het fenomeen van elektriciteit onder de vorm van bliksem. Ineens wordt er een vorm van zuivere energie beschikbaar gesteld voor de planeet om te gebruiken.
Tijdens het proces van een elektrische ontlading wordt er ozon gecreëerd en tengevolge van de vaak intense temperatuur- en ionisatie opgewekte, veelal met hoge snelheid, stijgende winden in onweer, kan deze ozon hemelwaarts gaan om de ozonlaag te vormen of verstevigen, hetgeen ons allemaal beschermt tegen buitensporige ultraviolette straling. Maar als de activiteit van het onweer daalt dan zal deze bijdrage ook evenredig verminderen.
De hoeveelheid water die jaarlijks door de oceanen uitgestoten wordt is 5.4 keer groter dan de bijdrage van meren, rivieren en het landoppervlak bedekt door bossen. In het totaal van de bijdrage van buiten de oceanen komt het meest belangrijke deel van de uitstoot van het land met de bossen. Als een percentage van het geheel is de bijdrage van het bos hierdoor cruciaal voor het onderhoud van stabiele klimaatvoorwaarden.
Tengevolge van de massale ontbossing door de mens, hoofdzakelijk voor de landbouw en productie van vlees, is het bosgebied enorm verminderd ten opzichte van zijn oorspronkelijke staat. Deze massale verhoging van warme, aan de zon blootgestelde oppervlakten heeft geresulteerd in een enorme stijging van de verdampingsgraad, hetgeen ondersteund wordt door een stijging van de temperatuur die veroorzaakt wordt door de gevolgen en de producten van onze technologie. Een stijging van 1°C van de temperatuur veroorzaakt het vasthouden van, maar niet noodzakelijk een gelijkmatige verdeling, van nog eens 1000 miljoen kubieke meter waterdamp in de atmosfeer.
Tengevolge hiervan is het evenwicht van al het water op aarde ernstig verstoord, hetgeen resulteert in zeer onordelijke verzamelingen van atmosferisch water; een feit waar we ons dagelijks van bewust worden. Op sommige plaatsen is er een overlast, waardoor herhaaldelijk catastrofale regenval en overstromingen op grote schaal plaats vindt, terwijl er op andere plaatsen weinig of geen water in de atmosfeer aanwezig is, oftewel een ernstige droogte overheerst. Tengevolge van het grote volume van teveel waterdamp, in plaats van de traditionele kleine waterdeeltjes, worden er veel zwaardere druppels gevormd, die neervallen als wolkbreuken en aanzienlijk lagere ladingen genereren, waardoor de mogelijkheid op elektrische ontlading en bliksem vermindert.
Bij vele van deze regenstormen, cyclonische en moesson stormen, is er helemaal geen donder. Terwijl deze bijkomende waterdamp de algemene temperatuur van de atmosfeer zal doen stijgen, tengevolge van de geleidelijke beweging van de bovenste luchtstromingen naar de polen toe, hetgeen daar als sneeuw valt, wat dan weer bijdraagt tot het watervolume dat bijna permanent als ijs gefixeerd is. Méér zelfs, ook het wolkendek verhoogt tengevolge van dit abnormale waterdampgehalte, hetgeen op zijn beurt het zogenoemde albedo (weerkaatsing) effect op aarde versterkt. Het albedo-effect is de term voor de overkoepelende witheid van de atmosfeer van de aarde, die veroorzaakt wordt door de weerspiegeling van licht komende van de witte wolkengebieden. Dit verduistert de zonnestralen en verhindert dat de waterdamp onder de wolken verder opgewarmd wordt.
Anderzijds, omdat het meeste van de waterdamp verzameld wordt in wolken, zal er, als er geen wolken zijn, relatief weinig waterdamp (een droge lucht) aanwezig zijn en kan de zon, waar ze erdoor heen kan schijnen, de atmosfeer niet langer opwarmen. Bijgestaan door de stijgende druk in de lage atmosfeer, veroorzaakt door de uitbreiding van abnormale hoeveelheden water naar waterdamp tengevolge van de temperatuur stijging, worden meer en meer watermoleculen naar hogere hoogtes gedwongen, waar ze onderworpen worden aan de scheidende processen die we eerder vernoemden, en het onvermijdelijke verlies van water verhoogt. Op lange termijn werken al deze effecten – hoe hoger de graad van waterverdamping van het oppervlak van de aarde, hoe minder groot de hoeveelheid waterdamp in de lage atmosfeer en het stijgende verlies van water uit de hoge atmosfeer – om de algemene omgevingstemperatuur te verminderen alsook de aanwezigheid van atmosferisch water. Terwijl in het begin de temperatuur in delen op aarde zal stijgen, zal het uiteindelijk drastisch afkoelen als voorbode van de nieuwe ijstijd.
Besluit
Om de klimaatveranderingen, die we waarnemen, te kunnen omkeren moet men nu aan herbebossing doen op een massale globale schaal. Het planten van bomen onder onvruchtbare omstandigheden voorziet een mogelijke oplossing in het licht van de uitgestrekte gebieden van bestaande woestijnen en hun hedendaagse snelle uitbreiding, en het herbeginnen van eerder productieve gebieden. Deze systemen werken echt, en er is geen geldige reden waarom eender welke regering, die bedreigd wordt door woestijn en droogte, ze niet onmiddellijk zou toepassen, als men werkelijk bezorgd is over de economie en het welzijn van zijn bevolking.
Als er één klimaat- en landbouwkundige herstellende maatregel waardevol is voor de Verenigde Naties om te ondersteunen dan blinkt deze uit in excellentie!
Gebaseerd op het werk van Viktor Schauberger (1885 - 1958)