Wetenschap in Industriële Tijden
Patrick Quanten
Elk onderdeel van ons leven is opgebouwd rond wat wij aanvaarden als wetenschap. Het woord wordt gebruikt om alle aspecten van het leven zogenaamd te onderbouwen, zodat jij en ik het niet meer in vraag mogen stellen. Het is wetenschap, weet je wel! De wetenschap heeft het aangetoond, dus wat valt er nog in vraag te stellen? En aangezien we er aan gewoon geraakt zijn om het hoofd te buigen in aanvaarding, nemen we er zelfs geen nota meer van dat dezelfde ‘wetenschap’ over verloop van tijd snel van gedacht verandert en ons iets totaal anders vertelt. Dezelfde informatiebron die zich achter één waarheid geschaard had verandert vluchtig het geweer van schouder, allemaal onder het mom van wetenschap. Onze kennis breidt zich zogenaamd uit en dus is de wetenschap ook aan het evolueren. In werkelijkheid is de wetenschap een oefening geworden in waarheid in plaats van een onderzoek naar de realiteit van ons leven.
We kunnen wetenschap definiëren als elk systeem of kennis dat zich bezig houdt met de fysische wereld en z’n aspecten en dat onbevooroordeelde observaties en systematische experimentatie bevat. Dus het gaat om de fysische wereld, niet om artificiële intelligentie. Dus het gaat om de observatie van die fysische wereld. Dit kan enkel gebeuren wanneer men zich niet bemoeit met het proces dat men aan het waarnemen is. Ingrijpen in het proces maakt deel uit van experimenteren, van het testen van een theorie over de observatie die men doet. Het NASA Ruimte Agentschap definieert wetenschap als bestaande uit de observatie van de wereld door kijken, luiteren, waarnemen en noteren. Wetenschap is nieuwsgierigheid in bedachtzame actie over de wereld en hoe het zich gedraagt. Dus, neem waar zonder in te grijpen. Noteer je waarneming. En wat moet je dan daarmee?
Iedereen kan een idee hebben over hoe de natuur werkt. Sommige mensen denken dat hun idee het juiste is omdat het ‘juist’ lijkt of ‘het zinvol is’. Maar voor een wetenschapper (en dat zou jij kunnen zijn!) is dat niet voldoende. Een wetenschapper zal het idee willen testen in de echte wereld. Een idee dat kan voorspellen hoe de wereld werkt is een hypothese.
Dan volgt de vraag of jouw idee, geformuleerd als een hypothese, ook wel echt correct is. Als een idee, of hypothese, correct voorspelt hoe iets gaat werken dan noemen we het een theorie. Het wordt dan een werkmodel om de hypothese verder te testen. Andere mensen zullen dan de hypothese gebruiken om ze te blijven testen tegen de waarnemingen die men in de natuur, in de fysische wereld, doet. Zolang de theorie het goed doet is het een mogelijke verklaring. Het is geen waarheid, maar een mogelijke waarheid. Dus zijn er in de wetenschap, in principe, geen absolute waarheden, enkel theorieën. Wanneer een theorie de test der tijd heeft doorstaan, in experimenten en observaties, dan wordt het aanvaard als een mogelijke waarheid, tot het tegendeel bewezen wordt.
Dit betekent dat als men wetenschap gebruikt om iets te bewijzen men een theorie gebruikt, niet een waarheid. Het is een mogelijkheid maar anderen mogen een andere theorie gebruiken in verband met hetzelfde onderwerp en dat is, in wetenschap, een evenwaardige manier om een verklaring aan te bieden voor de observatie en de experimentatie. Vandaar dat wetenschap niets bewijst. Het is een methode om een theorie te weerleggen. Wanneer men ons vertelt dat iets ondersteund is door de wetenschap dan betekent dit enkel dat de theorie die men ons voorhoudt een mogelijke verklaring is, niet de verklaring. Uiteindelijk zou het iets helemaal anders kunnen zijn, hetgeen betekent dat men het oneens kan zijn over welke theorie men verkiest maar het kleineren en uitsluiten van een niet-weerlegde theorie maakt geen deel ut van de wetenschappelijke methodologie.
Volgt de wetenschap een bepaalde procedure om tot hun conclusies te komen? Inderdaad. De wetenschappelijke methode is niet uitgevonden door een persoon maar is het resultaat van eeuwenlang debat over hoe men nu best kan uitvinden hoe de natuurlijke wereld werkt. Het is dus met name een goed uitgebeitelde procedure die algemeen aanvaard is in de hele wetenschappelijke gemeenschap. Hier is hoe het in zijn werk gaat.
- Doe een waarneming. – Jij (en dat kan gelijk wie zijn!) hebt iets waargenomen in de natuurlijke wereld.
- Stel een vraag. – De wetenschappelijk methode begint wanneer je een vraag stelt over wat je waargenomen hebt: Hoe, Wat, Wanneer, Wie, Welk, Waarom, of Waar? Om je opzoekingen niet van nul te beginnen is het nuttig om na te kijken wat je hierover kan vinden in verband met bestaande theorieën en testresultaten.
- Formuleer een hypothese, of een verklaring die getest kan worden. – Een hypothese is een beredeneerde gok over hoe het werkt. Het is een poging om jouw vraag te beantwoorden met een verklaring die getest kan worden.
- Test de hypothese. – Jouw experiment test of jouw hypothese juist is en door het testresultaat bevestigd wordt. Dit is het niveau waar de meerderheid van hypothesen onderuit gaan omdat fouten gemaakt worden en dingen aangenomen worden om de testmethode op te zetten die achteraf niet correct blijken te zijn. Heel dikwijls is het pas veel later dat iemand anders de gemaakte fouten ontdekt in experimentele testen die al lang gebruikt worden en nu achterwege moeten gelaten worden.
- Analyseer je testresultaten. – Wetenschappers vinden dikwijls dat hun voorspellingen niet uitkomen en hun theorieën niet kloppen. Dan moeten ze herbeginnen en een nieuwe hypothese in mekaar knutselen. Zelfs als hun hypothese lijkt te kloppen dan moeten ze niet enkel de testen herhalen, maar ze zullen ook met nieuwe testen voor de dag moeten komen.
- Communiceer je resultaten. – Publiceer de resultaten, ook de negatieve, zodat anderen dit kunnen vergelijken met hun eigen resultaten. Wanneer de testen de theorie bevestigen dan stuur je resultaten door naar anderen die aan hetzelfde aan het werken zijn en vraag hen om jouw experimenten te herhalen en verdere experimenten op touw te zetten.
Je mag uit het bovenstaande correct concluderen dat wetenschap een doorlopende methode is om kleine stukjes van de waarheid te ontdekken binnen het geheel van de natuurlijke wereld. Niets in wetenschap is een absolute zekerheid. Elke theorie als een mogelijke verklaring voor waarnemingen kan uiteindelijk fout blijken te zijn, ongeacht hoe lang of hoe veel we erin geloofd hebben. Elke testmethode kan fout blijken te zijn en ongeschikt om de waarneming te testen, ongeacht hoe lang we de methode al gebruikt hebben. We moeten ons realiseren dat hoe lang we ook een bestaande theorie gebruikt hebben, of hoeveel mensen geloven dat deze correct is, dit geen ‘bewijs’ verschaft dat het ook waarheid is. Historisch gezien blijkt dat alle lang bestaande theorieën omver geworpen zijn door denkers en wetenschappers die verstoten werden en belachelijk gemaakt werden door hun collega’s. Onder wetenschappers geldt een algemeen aanvaard gezegde dat wanneer iedereen het gelooft dan zal het niet waar zijn.
Hier tegenover staat het feit dat onze moderne maatschappij overgoten is met wat men ‘populaire wetenschap’ genoemd heeft. En wat is dat dan wel? Het wordt omschreven als iets te maken hebbend met wetenschap, maar gericht op de gewone mensen in tegenstelling met wetenschappers; bedoeld voor algemene consumptie. Het is dus geen wetenschap; het ruikt enkel een beetje als wetenschap. Het werd omgebouwd voor algemene consumptie. Dan rijst bij mij de vraag, waarom? Waarom moeten mensen wetenschap ‘consumeren’? Kunnen we dan hetzelfde doen met algoritmen, met artificiële intelligentie, met data collectiemethoden? Wees je ervan bewust dat wanneer wetenschap omgevormd wordt naar populaire wetenschap zodat jij en ik het kunnen begrijpen je niet langer aan wetenschap doet. Wetenschap is enkel wetenschap wanneer het uitgevoerd wordt op de manier waarop wetenschap gebaseerd is. Een karikatuurversie toont niet het ware beeld van de realiteit. Het is geen echte wetenschap. Het is nepwetenschap.
Wanneer je een wetenschappelijke meting doet dan moet je vermelden hoe je de meting doet. Welke middelen gebruik je? Hoe bereid je de meting voor? Hoe verzamel je de data? Hoe interpreteer je de data? Als je, bijvoorbeeld, de luchttemperatuur meet dan moet je deze informatie (en nog veel meer) verstrekken samen met het meetresultaat. Zonder deze bijkomende informatie heeft de meting geen enkele wetenschappelijke waarde. Zonder deze bijkomende informatie kan geen enkele wetenschappelijke vergelijking gemaakt worden met een andere meting van de luchttemperatuur, elders gemaakt of op een ander tijdstip. Wanneer je vertelt dat vandaag op het middaguur de temperatuur in Limburg 23°C was dan heeft dat cijfer op zich geen enkele wetenschappelijke waarde. Je kan dat cijfer niet gebruiken om vergelijkingen te trekken met de temperatuur in andere delen van het land en om er wetenschappelijke conclusies uit te halen. Wat er onder andere nodig is, is informatie over de locatie en de condities waaronder de meting gebeurd is, hoe de meting verricht werd, hoe de data verkregen werd. Het cijfer dat bekomen werd is volledig afhankelijk van de locatie, het tijdstip, het meetmateriaal (digitaal of een kwikzilver thermometer?) en zo meer. Het cijfer heeft enkel waarde op die plek, dat tijdstip, gemeten op die specifieke manier. Wetenschappelijk kan het enkel vergeleken worden met andere temperatuurmetingen waarvan de condities overeenkomen met deze. Om dus te beweren dat het 23°C was in Limburg is gewoon fout. Wetenschappelijk ken je enkel de temperatuur die je gemeten hebt onder specifieke omstandigheden van plaats en tijd. Het is niet wetenschappelijk om zo’n resultaat te extrapoleren naar heel Limburg toe omdat er variaties zullen zijn ten gevolge van al deze verschillende factoren.
Als je wetenschappelijk gemiddelden wilt vergelijken dan moet je informatie verstrekken over hoe je de relevante data vergaard hebt. Wat heb je meegeteld en wat niet? Hoe heb je de data opgeteld? Waar heb je de data gehaald? Bijvoorbeeld, als je het hebt over de gemiddelde leeftijd van de mensen in België op het moment van hun overlijden dan moet je bijkomende informatie verstrekken om zulke cijfers in een wetenschappelijke vorm te steken. Heb je het over Belgische burgers? Zijn Belgen die in het buitenland wonen ten tijde van hun overlijden meegeteld? Hoe zit het met mensen die buiten België geboren zijn maar in België wonen ten tijde van hun overlijden? Zijn Belgen die in het buitenland wonen en overlijden meegerekend? Hoe zit het met vermiste personen? Staan deze officieel als overleden opgetekend en worden ze meegerekend? Zo ja, ten aanzien van hun verdwijning wanneer worden ze dan als overleden opgetekend? Vanaf welk punt in het leven wordt men in je statistiek opgenomen? Met andere woorden, waar begint het leven? Een geregistreerde geboorte? De dag en uur van geboorte? De tijd van conceptie? Worden doodgeboren kinderen meegerekend? Hoe zit het met selectieve abortus? Zijn deze mee opgenomen in de cijfers aangezien dit toch ook mensen zijn en in leven geweest zijn? Men kan pas sterven als er eerst leven is. Worden alle overlijdens meegerekend ongeacht de doodsoorzaak, mocht dit een ongeval zijn of ten gevolge van oorlog? Hoe zit het met zelfmoorden? Welke bron gebruik je voor de datacollectie van de overlijdens? Zoals je kan zien wordt het cijfertje van de gemiddelde leeftijd bepaald door heel wat factoren.
Wat ook het resultaat is van je onderzoek het kan moeilijk vergeleken worden met cijfers die voortgebracht worden in andere landen of door andere agentschappen tenzij elk detail van de data, het verkrijgen van en de organisatie van, precies hetzelfde is. Er zullen landen zijn waar er geen betrouwbare registratie is van geboorten. Er zullen plaatsen zijn waar men niet met zekerheid weet waar iemand zich bevindt en of die nog in leven is. Daarenboven, hoe ga je de gemiddelde leeftijd bepalen van mensen die meer dan een eeuw geleden leefden? Hoe verkrijg je dan je data? Hoe kan je die cijfers vergelijken met de data die je bekomen hebt door in België het overlijdensregister van de afgelopen tien jaar na te kijken? En wat dan met mensen die vijfduizend jaar geleden leefden? Hoe ga je daar de leeftijd bij overlijden bepalen en daar een gemiddelde van bekomen? Is jouw werkmethode vergelijkbaar met deze die je gebruikt bij meer recente data? Om wetenschappelijk een significant cijfer te bekomen dat vergeleken kan worden met andere cijfers moet de manier waarop de data verkregen werd, geselecteerd werd, georganiseerd werd en geïnterpreteerd werd precies dezelfde zijn. De kleinste afwijking betekent dat elk verschil tussen de cijfers een gevolg zou kunnen zijn van het verschil in werkmethode en hoe je tot de uiteindelijke cijfers gekomen bent. Er bestaat geen wetenschappelijke manier om deze mogelijkheid van de hand te doen en dus kan er geen enkele wetenschappelijke conclusie getrokken worden uit de cijfers en het onderzoek.
Dat is natuurlijk een verschrikkelijk vervelende situatie wanneer men zich razend snel naar de toekomst wilt begeven. De menselijke maatschappij, of tenminste dat deel dat zich voedt aan de menselijke maatschappij, geleid door winstbejag, heeft nood aan voortdurende verandering. Maar wanneer je moet wachten tot elke stap op veilige wetenschappelijk grond gevestigd is dan ga je nooit snel vooruit kunnen. Je moet dan elke theorie met multipele experimenten, uitgevoerd door vele verschillende onafhankelijke mensen en organisaties onder allerlei diverse omstandigheden, uittesten. Het is dan heel waarschijnlijk dat ergens tijdens dit proces de theorie door de mand valt, geen bevestiging verschaft. Waarom? Omdat dit het geval is voor bijna elke theorie die door de mens naar voren geschoven wordt. De overgrote meerderheid komt niet eens uit de startblokken. De rest moet na enige tijd ingetrokken worden. Voor deze laatste kan de industrie misschien wat winst bekomen in die korte tijdspanne, maar de mogelijkheden zijn miniem en geld en tijd investeren in een twijfelachtige toekomst is geen betrouwbaar voorschrift voor winstbejag en heftige uitbetalingen op de investeringen. Men moest dus op een of andere manier de wetenschap omzeilen om verder te kunnen zaken doen.
Bestaat er een betere manier om de beperkingen, de onderzoeksmethoden en de lang bestaande protocollen te omzeilen dan de eigenaar te worden van de wetenschap die je nu nog in de weg staat? Als je de wetenschap onder controle hebt dan controleer je ook wat men produceert en als resultaten naar buiten brengt. Ah, maar zal er dan geen grote tegendruk en weerstand ontstaan van binnenuit tegen zo’n overname? Wel, dan heb je hier de loterij gewonnen! Wetenschappers zitten met hun neuzen in hun passie en daar kijken ze nooit van op. Ze blijven doen wat ze doen. Ze praten enkel met gelijkgestemden. Ze zijn er niet op gebrand om hun bevindingen met het grote publiek te delen aangezien het hier enkel om ideeën handelt, niets meer. Er zullen dus in het publieke domein geen dissidente stemmen te horen zijn van de wetenschappelijke gemeenschap. En niet vergeten dat alle theorieën mogelijk zijn voor een wetenschapper, dus ook de onzin die uitgekraamd wordt. Om deze onzin uit de weg te ruimen moet de wetenschapper dan bewijzen dat de theorie fout is. Maar dat boeit hem niet. Zijn passie ligt elders. En hoe zit dat dan met de gewone mensen? Wel, die komen zelden of nooit in contact met wetenschap want dat ligt eigenlijk allemaal ver verwijderd van hun tafel en bed. Wetenschap onderzoekt stukjes van het leven. Daar gaat heel veel tijd overheen en het resultaat is dan verdere onzekerheid. Ondertussen moeten al die gewone mensen verder met hun dagelijks leven. Daar heeft men geen wetenschap voor nodig. Of wetenschap al dan niet een geloof of werkmethode bevestigt die mensen al eeuwenlang gebruiken is irrelevant. Of wetenschap al dan niet begrijpt wat er in het leven gebeurt en waarom het gebeurt is irrelevant voor wat er gebeurt in het leven van de gewone mens. Zij hebben geen wetenschap nodig om verder te leven.
Maar de industrie kan ‘de wetenschap’ gebruiken om hun eigen leven op te smukken. Enkel en alleen als zij ‘de wetenschap’ onder controle hebben. Enkel en alleen als de resultaten van de wetenschap belangrijk zijn voor hun plannen en hun investeringen ten goede komen. Aan de ene kant moeten zij erover waken dat ze niet verstrengeld geraken in de wetenschappelijke gemeenschap en daar furore veroorzaken. Aan de andere kant zou het nuttig zijn dat mensen geloven in wat zij promoten. Hier heb je dan weer het voordeel dat de mensen geloven dat wetenschap gaat over het ontdekken van de waarheid, terwijl in realiteit het gaat over het ontdekken van onwaarheid. Maar wanneer je iets voorstelt als wetenschappelijk dan wordt er gewoon aangenomen dat het om de waarheid gaat. Beter nog, je kan ‘wetenschap’ zo aan de man brengen dat deze denkt dat die nu plots slimmer geworden is omdat die nu wetenschap ‘begrijpt’. Je komt op voor het recht op informatie. Dan zullen mensen niet enkel geloven dat wat je hen vertelt de waarheid is maar ze zullen het zelfs waarderen en verdedigen omdat ze geloven dat ze intelligent geworden zijn. Gebaseerd op deze overwegingen heeft men populaire wetenschap bij de mensen geïntroduceerd.
Het krioelt ervan in ons leven en dat zonder dat we het beseffen. Men toont ons statistieken die aantonen hoeveel mensen in dit land aan een bepaalde ziekte overleden. Zovelen aan hartfalen, zovelen aan nierinsufficiëntie, zovelen aan darmkanker of gelijk welke andere kanker. Welke ziekte je ook vernoemt de statistieken tonen aan hoe dodelijk deze is. Toch handig, niet? Wetenschap zou vragen hoe je hierbij komt. Hoe weet je waar een persoon aan overleden is? Het blijkt namelijk dat wetenschappelijk gezien je enkel in een heel klein aantal van de overlijdens met zekerheid de doodsoorzaak kan bepalen. Zelfs autopsies, die slechts minder dan 10% uitmaken van alle certificaten die uitgeschreven worden, kunnen geen absoluut uitsluitsel geven over de ware doodsoorzaak. Vandaar dat een overweldigende hoeveelheid overlijdenscertificaten enkel een mening uiten over waarom een individu overleden is. Officiële overlijdensakten worden door een arts ondertekend. De regels voor dit document vermelden onder andere het volgende.
Elke geregistreerde arts kan een overlijdensakte tekenen. Dit kan zelfs wanneer hij de overledene tijdens z’n laatste ziekte niet bezocht heeft en de persoon na de dood niet gezien heeft, op voorwaarde dat de arts de doodsoorzaak bevestigt naar best vermogen en kennis.
Dus kan de arts de akte invullen zonder enige echte kennis aangaande de laatste stappen in het ziekteproces van de overledene. Het enige dat er nodig is, is dat de arts naar best vermogen handelt. Wat hij gelooft wordt door het document waarheid! En het wordt nog erger. Het certificaat vraagt om een primaire doodsoorzaak, maar het geeft ook de mogelijkheid om een secondaire en tertiaire oorzaak aan te duiden. Dus de arts kan meer informatie op de overlijdensakte aangeven. Bijvoorbeeld, de primaire doodsoorzaak kan opgetekend worden als nierfalen, veroorzaakt door diabetes (secundaire doodsoorzaak). Wanneer je nu data vergaart over overlijdens die aan een bepaalde ziekte gelinkt worden dan heb je de keuze. Noteer je dit overlijden als nierfalen, of diabetes, of plaats je het op beide lijsten?
Het is dan ook nuttig om jullie te laten weten dat het voor de medici onmogelijk is om wetenschappelijk de oorzaak van gelijk welke ziekte te bepalen. Erger nog, men kan wetenschappelijk zelfs geen correcte diagnose stellen. De arts zal, bijvoorbeeld, een diagnose van reuma uitspreken wanneer je weinig of geen spier- of gewrichtsklachten hebt maar wel een bloedtest met een positieve reuma-factor. Of hij diagnosticeert reuma wanneer je veel spier- en gewrichtsklachten hebt en een negatieve reumatest. Dit tweeslachtige principe wordt doorheen het hele diagnostische systeem gebruikt. Mazelen is de diagnose als er Koplik vlekjes aanwezig zijn in de mond, zelfs als er verder geen echte ziektesymptomen bestaan. Meestal wordt de diagnose echter gesteld zonder de aanwezigheid van deze vlekjes. Zoals wetenschappelijk aangegeven is geen enkele medische test in staat om een duidelijke diagnose te stellen of te bevestigen. Geen enkel symptoom is uniek voor een specifieke ziekte. Geen enkel geheel van symptomen is uniek voor een specifieke ziekte. Wat is dan een diagnose wel? Het is iemand zijn opinie. Wij geloven wat die person zegt en zeker wanneer zijn collega’s dit bevestigen, omdat ze met z’n allen getraind zijn door de industriewetenschap om hetzelfde resultaat af te leveren. De arts heeft de diagnose nodig om te kunnen voorspellen wat er met jou gaat gebeuren. Het is hem niet toegestaan om ‘ af te wachten’ en te kijken wat er gebeurt als we niet ingrijpen. Neen, hij voorspelt wat er met je gaat gebeuren en als je niet wilt dat het voorspelde gebeurt dan moet je zijn advies volgen en ingrijpen in het natuurlijke proces. Hier eindigt het waarnemen van de natuurlijke wereld, hetgeen betekent dat het wetenschappelijke pad niet langer gevolgd kan worden.
De medische wereld kan wetenschappelijk gezien geen diagnose van een ziekte stellen. Ze kunnen de oorzaak van een ziekte niet vaststellen. Ze kunnen de oorzaak van een overlijden niet bepalen. De simpele verklaring hiervoor ligt in het feit dat alle invloeden van belang zijn in gezondheid en ziekte, niet enkel de handvol invloeden waarvan men nota wilt nemen. De ware bijdrage van al deze invloeden in ziekte en gezondheid kan door geen enkele test of middel bepaald worden. Maar moet de medische wereld wel echt bewijzen wat ze ons voorhouden?
Natuurlijk kan de industrie niet de methoden en experimenten gebruiken die men binnen de wetenschappelijke gemeenschap hanteert want deze leveren niet de gewenste resultaten op binnen het gewenste tijdsschema. Vandaar dat de industrie zijn eigen onderzoekscentra en ‘wetenschappelijke’ gemeenschap moet opzetten. Zij leiden hun eigen mensen op in het soort onderzoek dat zij nodig hebben. Zij bepalen zelf de regels waaraan dat moet voldoen. Zij creëren hun eigen ‘wetenschappelijke’ publicaties. En aangezien de mensen al gewoon zijn aan het feit dat wetenschap buiten hun gezichtsveld gebeurt wordt het aanvaard dat de industrie hun ‘wetenschappelijk’ werk ook achter gesloten deuren uitvoert, in een waas van geheimhouding. Hier kunnen we alweer een groot verschil opmerken tussen wetenschap en industriewetenschap. In wetenschap bestaat er geen geheimhouding. Mensen praten vrijuit over hun ideeën en testmethoden met andere geïnteresseerden met als enig doel meer te weten te koen van de natuurlijke wereld. Niet wie het eerste was is van belang maar wel de waarheid. In industriewetenschap is alles geheim want iedereen is erg bang dat anderen hun ideeën zullen stelen of hun methoden kopiëren. Zij moeten hun investering beschermen om een grote winst te kunnen opstrijken.
We herinneren ons dat de manier waarop een hypothese een theorie wordt is wanneer het correct voorspelt hoe de natuurlijke wereld reageert. Industriewetenschap doet weinig moeite om naar de natuurlijke wereld te kijken. In plaats daarvan collecteren ze geselecteerde data creëren ze een computermodel en voorspellen de toekomst. Dus lijkt het erop alsof ze de wetenschappelijke methodologie volgen. In wetenschap wordt er getest nadat een voorspelling gemaakt is en moet men lang wachten om te zien of de hypothese echt met de realiteit overeenkomt. Waarnemen wat er gebeurt. Als de voorspelling met de realiteit overeenkomt dan wordt de hypothese een theorie. Als dat niet het geval is dan moet de hypothese fout zijn. Maar, als de voorspelling via de computermodellen zo beangstigend is dan is het advies van de industrie om niet te wachten om de voorspelling waarheid te zien worden. We moeten nu handelen, voor het te laat is. Het wordt zo voorgesteld alsof wetenschap bewezen heeft dat er zich een ramp gaat voordoen. Om levens te redden, om de gemeenschap te beschermen, worden er maatregelen getroffen gebaseerd op dit ‘wetenschappelijke bewijsmateriaal’. Terwijl het in feite op computermodellen gebaseerd is, die opgezet zijn met een bepaald doel voor ogen. De modellen berekenen de invloeden op de specifieke manier zoals de ontwerper ze aan mekaar linkt. Dan worden er een aantal data uitgekozen om als beginpunt in het model te steken. De selectie van de invloeden waar men rekening mee wilt houden en de manier waarop men ze met elkaar laat interageren bepalen het resultaat dat het model uitspuwt. Wanneer je dit resultaat dan als een feit, een waarheid, ontdekt door wetenschap, voorstelt dan is het niet moeilijk om de bevolking te overtuigen de nieuwe voorschriften op te volgen, aangezien we met z’n allen de aangekondigde ramp willen voorkomen.
En dan moet de echte goocheltruck nog komen! Herinner je dat een hypothese een theorie wordt, nagenoeg een waarheid, wanneer de voorspelling gemaakt door de hypothese door de feitelijke gebeurtenissen wordt bevestigd. Dan zijn we er! Het computermodel voorspelt een ramp. Wij nemen ‘correcte maatregelen’ om de ramp te voorkomen. De feitelijke realiteit toont dat de ramp zich niet echt heeft voltrokken of zelfs helemaal niet gebeurd is. Quod erat demonstrandum. Hier is je bevestiging! Als we niet ingegrepen hadden dan was het een ramp geweest. Neen mensen. Dit is verwrongen wetenschap. Dit is de kar voor het paard spannen. Van het moment dat jij ingrijpt in het natuurlijke proces dat je aan het observeren bent dan kan je nooit meer weten wat het resultaat geweest zou zijn mocht je er niet in tussen gekomen zijn. De vergelijking van wat er dan echt gebeurt met de voorspelling van een computermodel heeft geen enkele wetenschappelijke waarde op geen enkel niveau. Het is frauduleus, gewoon een leugen.
Waarom doen ze het? Wanneer er geen ‘correcte maatregelen’ genomen worden en het natuurlijke proces mag gewoon zijn gang gaan dan zouden we de ware toedracht van het proces kunnen zien. In dit geval zou het heel duidelijk zijn dat de voorspellingen belachelijk zijn, maar dat zou betekenen dat de mensen die computermodellen in mekaar steken als fraudeurs worden ontmaskerd, of tenminste dat zij voor iets of iemand anders werken dan voor de bevolking. Al snel zal niemand nog enige wetenschappelijke waarde hechten aan de voorspellingen van computermodellen en mensen zouden gewoon verder gaan met hun eigen leven, daarbij de autoriteit en de rampscenario’s volledig naast zich neerleggen. Vandaar dat het van groot belang is om het verhaal in handen te houden en de controle te behouden tot de laatste zucht.
Dus nu ben je volledig voorbereid. Je hebt de laboratoria en de onderzoekscentra. Je hebt de educatieve faciliteiten om de volgende generatie klaar te stomen. Je hebt de media faciliteiten om de bevolking te voeden met de resultaten die jij wenst en nodig hebt. Niet alleen heb je controle over de ‘wetenschappelijke’ publicaties maar je hebt de mensen zelf ook al getraind om reclame als vaststaand feit aan te nemen. Door de illusie te creëren van wetenschappelijke informatie zijn de mensen al gewoon geraakt om te geloven in pijnstillende informatie, in tandheelkundige informatie, in gelijk welke informatie over gezondheidsaanbevelingen, over informatie over schoonmaakproducten, en zo meer. Nu dat je de controle hebt over ‘de intelligentie’ en over het ‘collectieve denken’ laat ons dan ‘wetenschap’ spelen!
Wanneer je beweert dat de gemiddelde temperatuur op aarde over de laatste dertig jaar gestadig de hoogte in gaat dan vraagt wetenschap zich af hoe je dit weet. Hoe ben je aan die data geraakt? Waar heb je deze temperaturen continu gemeten, dag en nacht, voor de afgelopen dertig jaar? Hoe werd de temperatuur gemeten op al deze plaatsen? En eens je al deze informatie vergaard hebt, hoe heb je de data geselecteerd en georganiseerd? Heb je het hier over jaarlijkse gemiddelde temperatuur? Gaat het hier over temperaturen aan de evenaar of in de noordelijke regio van Noorwegen? Gaat het over temperaturen gemeten over land of over zee? In steden of op het platteland? Gaat het over de dagelijkse maximum en minimum temperatuur? Is dan de gemiddelde temperatuur van de aarde, hoe je dit dan ook gemeten mag hebben, op al deze plaatsen over de gehele aardbol gestegen over de laatste dertig jaar? In ’t kort, en in wetenschappelijke termen, wat is het kader waarbinnen jij je onderzoek hebt uitgevoerd en op welke manier ben jij tot deze resultaten gekomen?
De industrie spendeert hier geen tijd aan. We moeten deze resultaten geloven want ze zijn het werk van ‘wetenschappers’. Hun wetenschappers. Opgeleid, voorbereid en geselecteerd. Maar het houdt daar niet op!
Laten we voor een ogenblik het cijfer aanvaarden dan moet de volgende vraag voor de wetenschap zijn: wat is hier de oorzaak van? Wat is de verklaring voor deze ‘waarneming’? En dan is er hier een nieuwe verrassing. Zij kennen het antwoord al. Op het moment dat ze een nieuwe ontdekking doen hebben ze de verklaring ervoor al klaar liggen. Wetenschap heeft tijd nodig, veel tijd, om al de mogelijke theorieën uit te zoeken waarom iets gebeurt. De geschiedenis wijst uit dat na vele decennia van intens onderzoek er maar zelden een aannemelijk antwoord kan gevonden worden. Teveel mogelijke invloeden. Teveel invloeden die we zelfs niet eens kennen. Maar hier weet de industrie al meteen waarom de gemiddelde temperatuur van de aarde stijgt, mocht dit al het geval zijn. Zij weten meteen al waarom de aarde opwarmt.
Het idee van de opwarming van de aarde wordt in het dagelijkse leven van de gewone mens geïnjecteerd, ad nauseam. Plots merken de mensen het ook op. Inderdaad, we kunnen ons niet herinneren dat het ooit zo warm geweest is in onze kindertijd. Het zich niet herinneren is echter geen wetenschappelijk argument, dat begrijp je toch, niet? Als de aarde zoals aangegeven opwarmt dan wordt het land steeds droger, planten en dieren zullen sterven, oogsten zullen mislukken. Daar is je rampscenariovoorspelling. Maar met dat de aarde opwarmt zal ook het ijs op beide polen snel smelten, hetgeen tot gevolg heeft dat het zeewaterniveau gaat stijgen. De opwarming der aarde, een ramp die er zit aan te komen. Maar het is niet zo eenvoudig om het verhaaltje vol te houden wanneer aan het begin van de winter Madrid voor meer dan een week onder een dikke laag sneeuw bedolven ligt, waardoor het gewone leven totaal overhoop gehaald wordt. Dat is toch niet warm voor Spanje, of toch? Het is moeilijk om het verhaaltje vol te houden wanneer op het einde van de winter in 2023 de kanalen in Venetië er droog bij liggen. Of is het zeeniveau ergens anders gestegen en niet in Venetië? Het is moeilijk om het verhaaltje vol te houden wanneer de Maldiven consistent land bijwinnen door het terugtrekken van de zee. Sinds 2000 is er bij de Maldiven 37,50km² land bijgekomen, terwijl er ook 16,57km² nieuwe eilanden tevoorschijn gekomen zijn in de Zuid-China Zee Spratly en Paracel eilandengroep. Paniek! Doe er iets aan.
Het verhaaltje wordt veranderd van opwarming der aarde naar klimaatverandering, veroorzaakt door dezelfde fenomenen die verantwoordelijk zouden zijn voor de opwarming van de aarde. Klimaatverandering! Alles waar we nu naar wijzen en aangeven dat het anders dan normaal is, is het resultaat van de klimaatverandering. En we gaan daarvoor enkel op korte termijn werken. Enkel vergelijkingen zoeken met data verkregen in de laatste jaren, en wees dan ook selectief in het uitzoeken ervan. Negeer het feit dat alle extreme weersomstandigheden zich meermaals hebben voorgedaan in de geschiedenis van de aarde, en dat zonder de hulp van de mens. Blijf verwijzen naar ‘anders dan normaal’. Als het meer regent, als het te droog is, als er hevige stormen zijn, als het te koud of te warm is, als er aardbevingen zijn, aardverschuivingen, orkanen, bosbranden, diersoorten uitsterven, oogsten mislukken, een terugval in de bijenpopulatie, meer gevallen van astma of huidkanker, alles is een teken van klimaatverandering. En hier gaat het om de sleutel van populaire wetenschap: men zegt dat het zo is. Niet ‘het is bewezen dat’. Men vertelt de mensen dat ‘wetenschappers’ dit of dat ontdekt hebben, maar vergeet te vermelden dat deze wetenschappers opgeleid zijn voor deze job in de trainingsfaciliteiten van de industrie en dat ze dingen ontdekken op computermodellen. En sta maar niet versteld van de enormiteit van het bedrog. Zelfs de Nobelprijs wordt overhandigd aan mensen afkomstig uit de industriewetenschap. Er zijn slechts enkele uitzonderingen. De winnaars hebben bijna altijd iets ‘ontdekt’ dat voordelig is voor de industrie, iets dat hen meer opties en mogelijkheden biedt. Nu wordt er gezegd dat al deze natuurlijke fenomenen het gevolg zijn van klimaatveranderingen en dat wij er verantwoordelijk voor zijn. Ieder van ons. Geen uitzonderingen. Het feit dat het klimaat voortdurend verandert, zoals de wetenschap heeft aangetoond in de evolutie van de aarde, heef blijkbaar totaal geen waarde meer. Wat wel nog waarde heeft is dat men ons een ander computermodel voorschotelt dat een rampscenario voorspelt. Kijk uit, hier komen ze opnieuw!
Deze tweestrijd tussen industriewetenschap en wetenschap heeft zich recent op zeer dramatische wijze in onze levens afgespeeld. Hier wordt het pas echt gevaarlijk voor het individu omdat de doelstellingen van de beide methodologieën totaal tegenovergesteld zijn. Wetenschap is voorzichtig de natuurlijke wereld aan het ontrafelen om onze leefwereld beter te begrijpen. Industriewetenschap is op zoek naar meer winstbejag en naar meer controle over het denken en het gedrag van de bevolking.
Gedurende het covid-verhaal heeft elke regering beweert dat ze wetenschappelijk advies opvolgde. Ze hebben echter niet begrepen dat dit industriewetenschap is. En wanneer wetenschappers hun stem lieten horen, het verhaal tegenspraken of zelfs maar gewoon vroegen dat men vastgelegde wetenschappelijke protocollen zou volgen, dan werd hen het zwijgen opgelegd, werden ze belachelijk gemaakt en een gevaar genoemd voor het welzijn van de mens. Overal worden de autoriteiten beheert door industriewetenschap, waarvan men heeft toegelaten dat wetenschap nu nog verder de duisternis is ingeduwd. De reden waarom de wetenschap zich hier niet hevig tegen verzet heeft is het feit dat het eigenlijk altijd al in een soort duisternis gehuld was, uit het oog en onbekend. Het is nooit een politieke of economische macht geweest. Wanneer echte wetenschappers dan opnieuw naar de kerkers verwezen werden hebben ze zich ook snel teruggetrokken en werden ze maar opnieuw stom. Ze gaan sowieso niet goed om met de publieke schijnwerpers. Ze zijn het niet gewoon om aan mensen uit te leggen wat ze doen en waarom, in hun wereld, alles overgoten is met vraagtekens. Ze zijn bijna vrijwillig vertrokken en hebben het terrein aan de industriewetenschap overgelaten. We lopen nu gevaar om in een maatschappij te leven die bestuurd wordt door industriewetenschap die zich voordoet als ‘de’ wetenschap.
Wij begeven ons naar een maatschappij waarin absolute waarheden het voor het zeggen zullen hebben en niets nog aan het toeval wordt overgelaten. Dit staat in scherp contrast met de natuurlijke wereld waar alles mogelijk is tot het definitief kan bewezen worden dat iets niet mogelijk is. Alles staat met al het andere in verband en kan daarom ook een mogelijke invloed zijn, hetgeen betekent dat directe en enkelvoudige oorzaken van de waarneming niet de norm zijn. Verklaringen hebben vele lagen en niets zou mogen uitgesloten worden, ongeacht hoe gek het ook mag klinken. Onze nieuwe maatschappij zal hier niets van dulden. Het zal geen ruimte laten voor ‘het andere’, niet in mening en niet in het beleven van het leven. Gelijkheid, geijkt op waarheid, aangereikt door industriewetenschap, zal de gangbare norm zijn. Uniformiteit opgelegd als de beste optie, de gezondste optie, de meest eerlijke optie, de meest vrije optie, zal de vrije keuze zijn die elk individu heeft binnen deze ultieme vorm van deze maatschappij. Je zal één keuzemogelijkheid krijgen. Maar wees gelukkig want je hebt een keuze, en weet dat het de beste keuze is die iemand maken kan. Geen onzekerheid meer. Geen in vraagstelling meer. Geen twijfel meer. Enkel nog waarheid, de waarheid waarvan ‘wetenschap’ ons heeft voorzien.
Ik laat je nog één ding overwegen met betrekking tot wetenschappelijk werk. Wetenschap gaat van start wanneer een waarneming leidt tot een vraag. Een antwoord trachten te vinden op zulke vraag is wetenschap. Wanneer je dus iets waarneemt in de natuurlijke wereld en je begint naar een antwoord te zoeken ‘bedrijf’ je wetenschap. De drijfveer hierachter is passie. De enige reden waarom je hier energie en tijd insteekt is omdat je dat wilt. Niemand betaalt jou hiervoor. Alle onderzoeken die gesponsord worden doen de vraag rijzen naar de motieven van de sponsor. Er zijn maar twee redenen waarom men geld en middelen in wetenschappelijk onderzoek steekt: voordeel (geld en/of macht) en passie. Een maatschappij, een organisatie en een autoriteit kennen geen passie. Al hun sponsoring is voor hun eigen voordeel. Zij voorzien een bepaald resultaat en ze willen dat het onderzoek hen dat oplevert. Als het niet ten tonele verschijnt dan vrees ik dat je in de toekomst geen gunsten meer moet verwachten uit die hoek. Een onafhankelijke geldschieter (waar vinden we die nog dezer dagen?) zal hoogstwaarschijnlijk ook op zoek zijn naar voordeel. Maar het kan nog gebeuren dat die persoon veel geld en middelen ter beschikking stelt vanwege zijn passie voor een bepaald onderwerp en bereid is om hiervoor geld ‘te verliezen’. Dit was vroeger de normale situatie voor de wetenschap, maar aangezien men een hele maatschappij omgebouwd heeft op voordeel, op winstbejag, zijn investeerders meer precies geworden in waar ze hun geld naar toe laten stromen. En aangezien ze toch het verschil niet zien tussen industriewetenschap en wetenschap zijn velen van hen ervan overtuigd dat ze bijdragen tot een beter begrijpen van de wereld.
Wetenschap blijft het voorrecht van de enkeling voor zover het de grote vraagstukken van het leven betreft.
Wetenschap is geen populariteitswedstrijd.
Wetenschap is niet resultaatgericht in zijn benadering.
Wetenschap gaat over het helpen van elkaar door het delen van informatie.
Wetenschap laat toe dat alle theorieën schouder aan schouder naast elkaar staan.
Wetenschap bewijst niets. Het doet zijn uiterste best om iets te ontkrachten.
De coup d’état van wetenschap en het principe op z’n kop keren, het laten uitschijnen dat het iets is wat het niet is, opent de poorten naar een gevaarlijke wereld van bedrog en manipulatie. Het ombuigen van onwaarheden naar waarheden voor het profijt van de enkelen en de benadeling van al de anderen vormt geen stabiele basis voor een maatschappij dat een lang leven beschoren is.
Er is niets mis met wetenschap. Er is, daarentegen, heel veel mis met wat de machten binnen onze maatschappij in naam van de wetenschap gedaan hebben.
Het herkennen van de grote leugen en alles dat men erop afgestemd heeft is het begin van de revolutie van bewustwording.
Juni 2023