Het Klimaat verandert
Patrick Quanten
Is dat zo? Het klimaat is de beschrijving van het weerpatroon op lange termijn in een bepaald gebied. Omdat verschillende gebieden verschillende weerpatronen hebben is het klimaat in die gebieden ook verschillend. Een patroon is een bepaalde manier waarin iets gedaan wordt, georganiseerd wordt of gebeurt. De seizoenen vormen een jaarlijks wederkerend patroon in termen van algemene weersomstandigheden. Deze omstandigheden kunnen erg verschillen op verschillende plaatsen op aarde maar elke plaats, elk gebied, heeft een jaarlijks weerpatroon.
Wat niet gedefinieerd wordt is ‘op lange termijn’. Het weerpatroon in een bepaald gebied wordt dan op lange termijn het klimaat. Maar hoe lang is dat? We praten bijvoorbeeld over het Middellandse Zee klimaat, het tropische klimaat, het Scandinavische klimaat, waarbij we een specifiek weerpatroon aanduiden in een bepaald gebied over een langere tijdsperiode. Het klimaat is het weerpatroon en alle extremen maken deel uit van het normale, waaruit ‘het gemiddelde weerpatroon’ van een regio ontstaat. Het feitelijke weer van het moment is nooit ‘een gemiddelde’. Wanneer ‘wij’ het over het klimaat hebben in die verschillende plaatsen dan nemen we eigenlijk in overweging wat mensen hebben geobserveerd en ervaren voor zover we in mensenheugenis kunnen teruggrijpen. Maar de aarde zelf is veel ouder dan de mensenheugenis. Is het klimaat in al die plaatsen dan ooit anders geweest dan wat we vandaag waarnemen?
Dat is inderdaad het geval. Er zijn op z’n minst vijf grote ijstijden geweest in de geschiedenis van de aarde (Huronian, Cryogenian, Andean-Saharan, laat Paleozoisch, en de laatste de Quaternaire ijstijd). Een ijstijd is een periode waarin de globale aarde temperatuur veel lager ligt, gepaard gaande met zich uitbreidende gletsjers, hetgeen honderdduizenden jaren kan duren. Dit betekent dat op vele plaatsen op aarde, over een zeer lange periode, de temperaturen duidelijk lager liggen. Tussen deze ijstijden in is de aarde dan weer ijsvrij, zelfs op grotere hoogte en dichter bij de poolgebieden. Deze tijden worden broeikasperioden genoemd. De laatste ijstijd begon zo’n 100.000 jaar geleden en kwam rond 20.000 jaar geleden aan z’n einde, een tijd waarin mensen aanwezig waren op aarde. Ik ben ervan overtuigd dat deze mensen hout stookten maar geen gemotoriseerd vervoer gebruikten. Hebben zij dan een bijzondere bijdrage geleverd tot de ijstijd? Of misschien zijn ze er zelfs in geslaagd om de aarde op te warmen door hun kampvuren en hebben ze haar van de zelfvernietiging gered?
Punten om te onthouden:
- Het klimaat op verschillende plaatsen op aarde is al dikwijls veranderd, van warm naar koud en weer terug, over een lange tijdsperiode. Dit is gebeurd zonder enige menselijke hulp.
- Het berekenen van ‘een gemiddelde’ van temperatuur, windsnelheid, hoeveelheid neerslag en zo meer, voor verschillende plaatsen op aarde maakt je weinig wijzer over het weer, en dus ook over het klimaat, op die plaatsen.
Wanneer mensen het hebben over ‘het klimaat van de aarde’ geraak ik een beetje verward. Er bestaat geen klimaat buiten de aardatmosfeer, waarom zou je dan het klimaat ‘van de aarde’ moeten specifiëren? Het klimaat wordt daarenboven gelinkt aan een bepaalde plaats, een plaats op aarde. Maar wetenschappers houden zich wel bezig met de hele lange tijdsperioden die de ijstijden en de tussentijden omvatten. Ze zijn ook achter de redenen voor deze enorme omschakelingen in temperatuur gekomen. Het klimaatsysteem van de aarde regelt zich om een evenwicht te behouden tussen de zonenergie die het aardoppervlak bereikt en de energie die vanop de aarde de ruimte ingestuurd wordt: een concept dat in de wetenschap bekend staat als ‘het radiatiebudget’. De energie die binnenkomt, teruggestoten, opgenomen en uitgestuurd wordt door de aarde zijn de componenten van het aardse radiatiebudget. Gebaseerd op het fysicaprincipe van energieconservatie vertegenwoordigt het radiatiebudget de boekhouding van het evenwicht in energie tussen de inkomende energie, die voornamelijk van de zon afkomstig is, en de uitgaande energie, die gedeeltelijk gereflecteerde zonenergie is en deels radiatie uitgestraald door het aardse systeem zelf, inclusief de atmosfeer. Een energiebudget dat voortdurend verandert veroorzaakt schommelende temperaturen in de atmosfeer en kan eventueel het klimaat op de meeste plaatsen op aarde doen veranderen. Dat effect is het resultaat van de energetische interactie tussen de aarde en haar omgeving.
Dit stemt overeen met de wetenschappelijke kennis die zegt dat elk effect dat we waarnemen het resultaat is van een interactie tussen de buitenkant en de binnenkant, tussen de omgeving en het subject. De effecten die we op aarde waarnemen zijn het resultaat van de energetische omgeving van de aarde, die voornamelijk beïnvloed wordt door de activiteit van de zon, en de energetische staat waarin de aarde zich bevindt. De zon verandert vanzelf en volgt een cyclisch patroon, terwijl de aarde ook een eigen innerlijke energetische bewegingscyclus kent. Deze twee wisselen voortdurend interacties uit, waardoor er veranderende omstandigheden binnen de aardse atmosfeer en op haar oppervlak gecreëerd worden. Eén van die resultaten is een cyclisch afkoelen en opwarmen van het aardoppervlak en de voornaamste invloed factor hiervoor is de straling van de zon, de zonactiviteitscyclus.
Punten om te onthouden:
- Het weer verandert voortdurend op een cyclische manier, hetgeen op plaatsen het klimaat kan veranderen, hetgeen de aarde als geheel kan afkoelen of opwarmen. Het weer wordt veroorzaakt door energetische veranderingen die optreden in het aards elektromagnetische veld.
- De activiteit van de zon verandert voortdurend op een cyclische manier, hetgeen de energetische input in het aardse veld verandert, wat de aarde kan doen afkoelen of opwarmen. Het is een zeer belangrijke oorzakelijke factor in de energetische schommelingen in het aardse veld.
Vraag: Hoe gaat de mensheid ervoor zorgen dat het klimaat niet verandert?
Aanvullende vraag: Als ze er in slagen, hoe draagt dat dan bij tot het evenwicht van het aardse ecosysteem hetgeen, net zoals al het andere in de natuur, constant evolueert?
De warme perioden tussen de ijstijden worden broeikassenperioden genoemd. Ik ben zo blij dat ik in een van deze perioden leef! Maar voor sommige mensen is de broeikasperiode waarin we nu leven een probleem geworden. Zij hebben beslist dat het te warm is en zij voorspellen, gebaseerd op computermodellen, dat het nog warmer gaat worden. En wel heel snel!
De weersvoorspelling waaraan we zo verknocht zijn kan tot een zekere graad van zekerheid, geen volledige zekerheid, het weer voor de komende dagen voorspellen. De computermodellen vormen de basis waarop de voorspelling gemaakt wordt. De modellen gebruiken een analyse van het huidige weer als een beginpunt en dan wordt de staat van de atmosfeer in de toekomst geprojecteerd. Het werkt als volgt.
“Elke dag ontvangt het meteorologisch instituut ongeveer een half miljoen observaties van temperatuur, luchtdruk, windsnelheid en windrichting, vochtigheid, en nog andere atmosferische variabelen. Maar er zijn grote oceaangebieden, ontoegankelijke landregio’s en onbereikbare niveaus in de atmosfeer waar we zeer weinig of geen informatie over hebben. Om deze ‘gaten’ op te vullen combineren we de observatie die we hebben met wat wij veronderstellen dat er te gebeuren staat met de condities in deze tussengebieden. Dit proces staat bekend als assimilatie en is de eerste stap voor de supercomputer.”
Tegenwoordig meten elke dag meer dan 10.000 bemande en automatische oppervlaktestations, 1.000 hoge atmosferische stations, 7.000 schepen, 100 vaste en 1.000 drijvend boeien, honderden weerradars en 3.000 speciaal uitgeruste vliegtuigen belangrijke parameters in de atmosfeer, op het land en over de oceaan. Al deze samen beslaan niet de gehele aardoppervlakte. De gaten, plaatsen waarover geen informatie beschikbaar is, worden ingevuld door wat ‘zij’ geloven dat de atmosferische toestand daar is. Dit is het vertrekpunt! Dit is wat men in de computer steekt als zijnde de ‘correcte’ staat van de atmosfeer over de hele wereld op dit moment.
“De volgende stap is om te berekenen hoe de huidige atmosfeer zal veranderen over tijd. Om dit te doen gebruikt de supercomputer een aantal complexe formules die keer op keer herhaald worden. Telkens schuift de voorspelling een paar minuten op naar de toekomst toe, hetgeen ons toelaat om een voorspelling te maken die een aantal uren in de toekomst ligt, en bij uitbreiding een voorspelling naar het klimaat voor de komende 100 jaar.”
Wat in de computer gaat zijn metingen aangevuld met mogelijke suggesties. De wetenschap vertelt ons dat er geen ‘objectieve’ data bestaat aangezien alle metingen al beïnvloed zijn door de manier waarop de meting heeft plaatsgevonden. Vandaar dat hun observaties al niet zo ‘zuiver’ zijn als zij zouden willen geloven. Dan worden er ‘observaties’ aan toegevoegd waar men het raden naar heeft. Vanuit dit basisgegeven gaat men berekenen wat er met die data gaat gebeuren. De manier waarop ze deze berekeningen maken, de manier waarop het computerprogramma in mekaar gestoken is, bepaalt welk soort resultaat je eruit gaat krijgen. Het proces zit van bij het begin vol met variabelen en selectieve keuzes die mensen gemaakt hebben over wat belangrijk is en wat niet. En we staan nog maar aan het vertrekpunt om via onze berekeningen voorspellingen te gaan doen.
De berekende resultaten worden nu voorgesteld als een zekerheid over de toekomst van het weer. Het berekeningsproces wordt keer op keer herhaald om de voorspelling van de volgende dag om te zetten naar dag twee, naar een week, naar een jaar. Elke kleine fout aan het begin van dit berekeningsproces, en het zit er vol van, wordt door de vermenigvuldiging al snel een enorm grote afwijking van de werkelijkheid. Hoe correct is de weersvoorspelling?
“Het korte antwoord: Een weersvoorspelling voor zeven dagen is voor 80% juist en een vijfdaagse voorspelling is ongeveer 90% correct. Maar een tiendaagse voorspelling, of nog langer, is enkel voor de helft correct.”
De nauwkeurigheid van de weersvoorspelling, in hun eigen woorden, vermindert in vijf dagen tijd met bijna de helft! Van 90% naar 50%. En toch beweren ze dat door het blijven herhalen van de berekeningen zij het klimaat binnen 100 jaar kunnen voorspellen. Welke van deze twee beweringen is met zekerheid vals? Ofwel kunnen zij heel juist bepalen wat het klimaat binnen honderd jaar gaat zijn door het herhalen van hun berekeningsmethode ofwel is het nauwkeurigheidsverlies tussen dag vijf en dag tien zoiets als 0,00001% en niet 50%. Maar beiden tegelijk kan niet! Wanneer je dezelfde berekeningsformule voor het weer van de volgende dagen blijft herhalen dan neem je de fouten bij elke herhaling mee, hetgeen de nauwkeurigheid heel snel doet afnemen. Toegeven dat de 10-daagse voorspelling maar voor 50% correct is en tegelijkertijd beweren dat de 100-jaar voorspelling ook voor 50% correct is, is een duidelijke leugen. De computer is maar voor 50% correct in het voorspellen van het weer over 10 dagen. Het is volledig nutteloos in het voorspellen van het weer 100 jaar in de toekomst.
Ik veronderstel dat als het verval van nauwkeurigheid tussen vijf en tien dagen verwaarloosbaar was dat de loftrompetten hierover zouden worden afgestoken. Jij en ik zouden voortdurend op de hoogte gehouden worden van hun fenomenaal succes. Ik ga dan maar naar de tweede optie en dat is dat er geen manier bestaat om het klimaat voor de komende honderd jaar te voorspellen, over de komende tien jaar, of zelfs voor het komende jaar. Het is complete speculatie verstoken achter een computerprogramma en in de media gepresenteerd als absolute waarheid. En wanneer je dagelijks dit proces van weersvoorspelling op de voet volgt dan merk je de goochelaarstruck die hiervoor gebruikt wordt. Herinner je de voorspelling voor de komende zeven dagen beginnende op maandag, een voorspelling geproclameerd op zondag, en vergelijk dit met de voorspelling die de volgende zaterdag gemaakt wordt voor de volgende dag, dezelfde zondag. Vergelijk wat men je vertelt over het weer op zondag zoals dat voorgesteld is op zaterdag met hoe het de voorgaande zondag voorspeld werd. Je mag ook nota nemen van de weersdetails zoals die voor de komende twee dagen worden aangeboden en merk hoe verschillend het werkelijke weer is van het voorspelde weer. Men walst de volgende dag met gemak heen over wat niet helemaal klopte in de voorspelling en men vertelt heel enthousiast hoe het weer geweest is. Het klinkt bijna alsof zij het zo voorspeld hadden.
Punten om te onthouden:
- Weersvoorspellingen op korte termijn zijn geen verklaringen van feiten. Ze hebben een falingscoëfficiënt.
- Weersvoorspellingen op lange termijn zijn volkomen onbetrouwbaar aangezien de correctheidsgraad van de voorspelling aan een alarmerende snelheid afneemt hoe verder men in de tijd vooruit schrijdt.
Maar dit alles kan onze klimaatactivisten niet uit hun lood slaan. Zij hebben een missie te vervullen, een missie om de planeet te redden, want dat jammere ding weet niet hoe het zichzelf in leven moet houden. Zij hebben beslist dat het allemaal de fout van het menselijke ras is. Wij laten gassen vrij in de atmosfeer die verantwoordelijk zijn voor de opwarming van de volledige aarde.
“De broeikasgassen van de aarde houden de warmte in de atmosfeer vast, hetgeen de planeet als een geheel opwarmt. De voornaamste gassen die hiervoor verantwoordelijk zijn zijn onder meer koolstofdioxide, methaan, stikstofoxide en waterdamp. Aan deze natuurlijke gassen moeten we dan nog de synthetische fluoridegassen toevoegen die ook functioneren als broeikasgassen.”
Waarom doet de mens dit toch allemaal? Zeker wanneer we weten dat het zoveel schade veroorzaakt en zelfs onze eigen overleving in gedrang brengt. Hoe dom kunnen we met z’n allen zijn! Laten we eens kijken waar deze gassen voornamelijk vandaan komen.
Koolstofdioxide geraakt in de atmosfeer door het verbranden van fossiele brandstoffen (steenkool, gas en olie), vaste afval, bomen en andere organische materialen, maar ook als resultaat van bepaalde chemische reacties (bv. cementproductie). Koeien, varkens en ander boerderij vee in Europa produceren elk jaar meer broeikasgassen dan al de auto’s en bestelwagens samen, wanneer het effect van hun voeding mee in rekening gebracht wordt. Dit volgens de nieuwe analyse door Greenpeace. In feite is CO2 een afvalgas dat door bijna alle levende wezens wordt uitgestoten. Het moet daarom bekeken worden als deel uitmakende van een natuurlijke cyclus. In de natuur gaat er niets verloren. Alles heeft een doel. Koolstofdioxide wordt uit de atmosfeer verwijderd wanneer het door de planten geabsorbeerd wordt als deel van de biologische koolstofcyclus. Groene bladerplanten nemen koolstofdioxide op uit de atmosfeer en laten zuurstof vrij komen als resultaat van dit omvormingsproces. Het toevoegen van grote hoeveelheden koolstofdioxiden aan de atmosfeer wordt in commerciële broeikassen gebruikt om de plantengroei te stimuleren en de opbrengst te verhogen. Hoe meer CO2 er in de atmosfeer aanwezig is hoe sterker en veelvuldiger de plantengroei is, wat dan op zich resulteert in een verhoging van de zuurstofproductie. Eenvoudig gezegd, hoe meer koolstofdioxide er in de atmosfeer aanwezig is hoe meer zuurstof er aanwezig zal zijn in de atmosfeer. Maar ik neem aan dat je dat niet zo een goed idee vindt, of toch?
Methaan wordt uitgestoten gedurende de productie en het transport van steenkool, natuurgas en –olie. Methaanuitstoot is ook het resultaat van vee en van andere landbouwpraktijken, van landbeheer en van de afbraak van organische afval. Methaan wordt op een natuurlijke manier afgebroken door zowel chemische als biologische processen, inclusief een reactie met hydroxyl (OH) en chlorine in de atmosfeer, en door methaan absorberende bacteriën (methanotropen) in grond en water. De voornaamste oplossing van methaan gebeurt in de atmosfeer zelf, aangezien methaan reageert met hydroxyl radicalen (OH−) in de troposfeer om CO2 en waterdamp te vormen (H2O). Wanneer methaan (CH4) de stratosfeer bereikt wordt het teniet gedaan. Verder verdwijnt methaan ook nog in de grond, waar methaan geoxideerd wordt door bacteriën. Methaan verhoogt de hoeveelheid ozon in de troposfeer en de stratosfeer. Is dat dan niet de oplossing voor het probleem dat zo’n vijftigtal jaren geleden het leven op aarde ging vernietigen: grote gaten in de ozonlaag?
Stikstofoxide wordt uitgestoten door de landbouw, landbeheer en industriële activiteiten, door de verbranding van fossiele brandstoffen en vast afvalmateriaal, alsook tijdens de behandeling van afvalwater. Natuurlijk hebben overheden en landbouwdeskundigen stikstofbemesting aangeraden om de opbrengst van het land over vele decennia te verhogen. Meer dan twee derde van de stikstofuitstoot komt van bacteriële en schimmel activiteiten in de grond, die vooral het gevolg zijn van de landbouw stikstofbemesting. Vandaar dat nu één van de belangrijkste bijdragers tot de stikstofgassen in de atmosfeer de landbouwgrond is. Het is dus de fout van de boer! Stikstof verdunt de zuurstofhoeveelheid en voorkomt een snel en onmiddellijk verbranden van het aardoppervlak, omdat zuurstof een noodzakelijke component is van het verbrandingsproces. Stikstof is ook nodig en wordt gebruikt door allerlei levende organismen om eiwitten te maken. De allereerste belangrijke stap in het vastleggen van stikstof in allerlei vormen die planten kunnen gebruiken gebeurt in de atmosfeer. De enorme energetische ontlading in de bliksem breekt de stikstofmoleculen en laat toe dat deze atomen met de zuurstof in de atmosfeer combineren tot stikstofoxiden. Deze lossen op in de regen, vormen nitraten die op de aarde terechtkomen waar ze de plantengroei stimuleren op een natuurlijke manier.
Waterdamp is het meest voorkomende broeikasgas in de atmosfeer, zowel in gewicht als in volume. Waterdamp is ook het meest effectieve broeikasgas aangezien het lange golflengte radiatie absorbeert en het terug naar het aardoppervlak stuurt, daarbij bijdragende tot de opwarming. De toevoeging van waterdamp aan de atmosfeer kan niet direct, voor het grootste gedeelte, toegeschreven worden aan menselijke activiteit. De verhoogde waterdamp hoeveelheid in de atmosfeer wordt omschreven als een feedback proces. Warmere lucht kan meer vochtigheid vasthouden. Met het opwarmen van het klimaat, het stijgen van de temperatuur, evaporeert er meer water uit zeeën en uit het land, waardoor de vochtigheid in de atmosfeer sterk toeneemt. Met andere woorden, de aarde moet al aan het opwarmen zijn alvorens deze veranderingen in de atmosfeer het effect nog gaan versterken. Meer waterdamp is het resultaat van meer verdamping van water naar de atmosfeer toe. Het is er niet de oorzaak van.
En dan zijn er nog de synthetische fluoridegassen. De fluorkoolwaterstoffen, perfluorkoolwaterstoffen, zwavelhexafluoride en stikstoftrifluoride zijn synthetische, erg krachtige broeikasgassen die voortkomen uit een aantal toepassingen en processen in het huishouden, de handel en de industrie. Fluoride broeikasgassen (F-gassen) zijn door de mens gemaakt voor de industrie en zij hebben een hoge wereldwijd opwarmingspotentieel, soms zelfs verschillende duizenden malen sterker dan CO2. Fluoridegassen worden binnenin producten gebruikt zoals koelkasten, airconditioners, schuim en aerosol. Emissies van deze producten gebeuren door lekken gedurende het productieproces alsook gedurende de levensduur van deze producten. Fluoridegassen worden ook gebruikt in de productie van metalen en semiconductoren. Over een lange periode heeft de menselijke activiteit meer en meer fluoridegassen uitgestoten dan de aarde kan verwijderen zodat wereldwijd de aanwezigheid van deze gassen in de atmosfeer is toegenomen. De fluorkoolwaterstoffen (HFC’s) zijn de grootste bron van fluoridegas uitstoten. Deze zijn dan ook de snelst toenemende bron van broeikasgassen. Dit lijkt me dan de fout van de industrie, niet van mij!
Het ziet ernaar uit alsof al de broeikasgassen, behalve de door de mens gemaakte fluoridegassen, deel uitmaken van een natuurlijk fenomeen. Ze zijn er altijd al geweest. Het feit dat de mens nu wat extra aan deze natuurlijke substanties toevoegt, een hoeveelheid die veel kleiner is dan de totale natuurlijke bronuitstoten, stimuleert enkel het recyclageproces van deze elementen. In het geval van koolstofdioxide levert dit meer zuurstof op. In het geval van methaan levert het meer water en meer koolstofdioxide op, hetgeen meer zuurstof oplevert. In het geval van stikstofoxide levert het meer nitraten op voor bacteriën en planten, die meer eiwitten kunnen bouwen. In het geval van waterdamp is het misschien geen slecht idee om blij te zijn dat de atmosfeer het extra water vasthoudt wanneer het aardoppervlak voor een ogenblik te warm geworden is. Het water gaat op die manier niet verloren en we krijgen het vroeg of laat terug.
Wat is dus het werkelijke probleem?
Het werkelijke probleem is vervuiling. Een verhoging in natuurlijke producten resulteert in een antwoord van de natuur om dit extra te verwijderen en om het niveau terug te brengen naar het evenwichtspunt. Het werkelijke probleem is de industrie. Deze produceren broeikasgassen die geen deel uitmaken van een natuurlijk recyclageproces en welke moeilijk door de natuur kunnen afgebroken worden. Ze hebben stikstof geproduceerd en aanbevolen als bemesting, waardoor het natuurlijk evenwicht van de grond volledig overhoop geworpen werd. Aangetrokken door een grotere opbrengst en meer winst op korte termijn van eenzelfde hoeveelheid land laten de landbouwers en wij met z’n allen (blij met de lagere kostprijs voor landbouwproducten) nu de vruchten dragen zoals een lage kwaliteit van de landbouwgrond, vergiftiging van de grond en het grondwater en, zo wordt ons toch verteld, de opwarming van de aarde. De industrie gaat gewoon door met de productie van gassen waar de atmosfeer geen raad mee weet en geen effectieve manier heeft om ze af te breken en te recycleren. Deze gassen beïnvloeden dan andere natuurlijke processen en ze verstoren het natuurlijke evenwicht van het systeem.
De aarde is snel aan het opwarmen, het pakijs is aan het smelten aan een snelheid die we nooit eerder gezien hebben en het waterniveau van de zee stijgt enorm snel. Dat is wat ze me blijven vertellen! Maar het is niet gemakkelijk om je aan zo’n verhaal vast te klampen wanneer er nieuws komt dat aan het begin van de winter Madrid volledig vastloopt voor een ganse week door een overvloed aan sneeuw, waardoor het hele stadsleven tot stilstand komt. Dan is het niet zo erg warm in Spanje, toch? Het is moeilijk om het verhaal staande te houden wanneer aan het einde van de winter in 2023 de kanalen in Venetië droog staan. Of is het niveau van het zeewater elders misschien gestegen, alleen niet in Venetië? Het is moeilijk om het verhaal staande te houden wanneer de Maldiven voortdurend land bijwinnen doordat de zee zich aan het terugtrekken is. Sinds het jaar 2000 is er in de Maldiven 37,50km2 land bijgekomen, terwijl er ook in de Chinese Zuidzee op de Spratly en Paracel eilandengroep 16,57km2 aan nieuwe eilanden zijn bijgekomen. Ah, da’s niet goed!
Laten we de mantra veranderen van ‘opwarming van de aarde’ naar ‘klimaatverandering’. Wanneer het dan warm is, zoals weleens voorkomt in de zomer, dan kunnen we zeggen dat dat met de opwarming van de aarde te maken heeft. Maar het bijkomende voordeel van de klimaatverandering mantra is dat we alle extreme evenementen op deze manier kunnen benoemen, of het nu om het weer gaat, om vulkanische uitbarstingen, bosbranden, droogte, overstromingen, en zo meer, alles wordt meer extreem als gevolg van het veranderende klimaat. Het klimaat verandert! En dan lees ik gepubliceerde studies en onderzoeken van gerenommeerde professoren en vorsers dat er momenteel minder bosbranden zijn dan twintig jaar geleden en dat het verbrande jaarlijks gebied niet groter wordt. Ik blijf klimaatactivisten vragen hoeveel CO2 er jaarlijks door de bosbranden en vulkaanuitbarstingen de atmosfeer in gaat zodat we dat kunnen vergelijken met wat mijn auto elk jaar uitstoot. Ik wacht nog steeds af. Andere studies tonen duidelijk aan dat het zeeniveau omzeggens niet gestegen is (millimeters over verschillende jaren!). Ik wacht ook nog steeds op een verklaring voor die vliegtuigen, die erg hoog in de lucht, een dambordpatroon van blijvende wolken creëren, wolken die zich niet oplossen. Deze verspreiden zich en verminderen het zonlicht dat ons bereikt. Waaruit bestaat dat witte spul? En als, zoals de autoriteiten beweren, het hier allemaal om commerciële vluchten gaat, waarom heeft dan niemand geantwoord op aanhoudende vragen om de bijhorende vluchtplannen te publiceren?
Het klimaat verandert, dat is zeker. Het is een natuurlijk fenomeen. Wie zal het zeggen of deze verandering over de laatste dertig jaar een tikkeltje sneller verloopt? Je kan zulke zaken niet meten. Het spelen met moleculen in laboratorium chemische reacties bewijst niets. Het gebruik van computermodellen om het leven in de toekomst te projecteren kan misschien nuttig zijn voor menselijke projecten maar het is zeker tijdsverlies wanneer het over de natuur gaat. Om een goed idee te kunnen hebben over de toekomst moet je het hele proces kennen. De waarheid is dat we de natuur niet kennen. En ik geloof dat ‘zij’ niet willen dat we meer over de natuur leren omdat het al snel duidelijk zou worden hoe gemanipuleerd hun controle over de uitgebrachte informatie wel is.
De natuur kent warme zomers en koele zomers. Om alle zomers consistent warmer te maken heeft de natuur vele duizenden jaren nodig. Kijk hoe lang de ijstijden geduurd hebben. Het werd in vijftig jaar tijd niet ineens van warm naar ijzig koud. Er bestaat ook geen lineair gebeuren in de natuur. Het is een op en neer deinen tussen hoog en laag water, en als het waterniveau echt stijgt dan zal het dat ook doen in een beweging van hoog naar laag en geleidelijk over vele eeuwen zal dan het niveau stijgen. De natuur heeft tijd. Het is niet gehaast. Het beweegt op een evenwichtige manier voorwaarts.
Mensen zijn tijdsbijziende.
Mensen zijn de gevangenen van hun eigen verleden.
Mensen zijn projectionisten van een gedroomde toekomst.
Mensen worden graag bang gemaakt. Het is de enige emotie die ze vrij mogen hebben, om erover te praten, om openlijk te tonen. Wel dan gaan we dat toch doen met z’n allen, niet? Onwetendheid leidt tot angst. En wij omhelzen onze onwetendheid. Wij willen niet meer weten. Wij willen dat anderen hun mond houden zodat wij niet moeten luisteren naar redenen waarom de klimaatverandering geen dringend noodgeval is.
En ‘zij’ hebben het nodig dat jij bang bent. ‘Zij’ hebben het nodig dat jij onwetend bent. ‘Zij’ willen niet dat jij inziet dat de industrie een dringend noodgeval is, dat het leven snel aan het vernietigen is. Dus maken ‘zij’ jou bang voor het leven zelf. En jij kust hun voeten, geeft geld aan hun collecties en bent aanwezig op hun vieringen.
Augustus 2023